Twintig boeren die meedoen aan het 7 vinkjes-project ontvangen tien jaar op rij  € 1.000 per hectare om hun bedrijf meer natuurinclusief te maken. Urgenda betaalt het en hoopt dat overheden en andere partijen gaan meebetalen, zodat er veel meer boeren kunnen meedoen. 

‘We hebben heel veel gesprekken met boeren’, vertelt Hanneke van Ormondt, directeur Landbouw en Biodiversiteit van Urgenda. ‘Boeren hebben behoefte aan langjarige zekerheid. Ze zijn onzeker over de richting die de overheid wil. Die is elke keer anders. Boeren hebben langjarige steun nodig. Dat is het belangrijkste.’
Deelnemers aan het 7 vinkjes-project krijgen die langjarige steun. Ze ontvangen tien jaar lang € 1.000 per hectare. Van Ormondt: ‘Dat geeft boeren meer zekerheid en slagkracht, en de durf om de bedrijfsvoering echt natuurinclusief te maken.’
Volgens Van Ormondt willen veel boeren omschakelen naar meer natuurinclusief boeren, maar ze zien op tegen de kosten en de risico’s die dat met zich meebrengt. ‘We spreken hartstikke veel boeren die stappen willen zetten. Maar het risico en de kosten van alle maatschappelijke opgaven, zoals stikstof, biodiversiteitsherstel, schoon water en dierenwelzijn, kunnen we niet alleen bij de boer neerleggen, maar bij de hele maatschappij. Daarom willen we boeren voor de langere termijn helpen met de omschakeling.’

Succesvolle acties

Hanneke van Ormondt: ‘Zelfs als álle boeren in Nederland mee zouden doen, zou het maar € 1,8 miljard per jaar kosten’

In het rapport Landinzicht staat het toekomstbeeld dat Urgenda voor ogen heeft. Het rapport beoogt een startpunt te zijn voor een gesprek over veranderingen in het landbouw- en voedselsysteem. Een systeem dat maximaal bijdraagt aan een goede gezondheid en welzijn van mens, dier en natuur. Die veranderingen zijn nodig, omdat het huidige landbouw- en voedselsysteem leidt tot meer ongezondheid en kwetsbaarheid van mensen en natuur, stelt de organisatie.
Urgenda laat het niet bij woorden en gesprekken. Er lopen al diverse acties waar boeren aan meedoen, zoals ‘1001 hectare kruidenrijk grasland’, dat Urgenda in 2020 samen met LTO Nederland startte. Dankzij crowdfunding konden melkveehouders met een korting een kruidenrijk zaadmengsel aanschaffen. Het geld kwam van provincies, van tientallen gemeenten, van het Rijk en van burgers. Al meer dan 2.300 boeren maakten er gebruik van.

De 7 vinkjes

• De bodem als basis

• Geen kunstmest

• Zo min mogelijk chemische

  gewasbeschermingsmiddelen 

• 10 procent landschapselementen

• Meer bomen

• Extensieve veeteelt

• Koe in de wei 

Een ander voorbeeld is ‘1001hectare soortenrijke akkers’. Dankzij deze campagne van Urgenda, ZLTO, LTO Noord en LLTB, krijgen akkerbouwers zo’n 40% korting op de aanschaf van 5 hectare biodiverse groenbemestermengsel met stikstofbindende planten. Zo’n vijfhonderd akkerbouwers maakten daar gebruik van. Ook bij deze actie haakten veel overheden aan met financiële steun. 

Omschakeling is hobbel

Het 7-vinkjesproject is nieuw. De vinkjes staan voor 7 veranderingen richting een natuurinclusieve en klimaatvriendelijke landbouw (zie kader).
De deelnemers ontvangen tien jaar op rij € 1.000 per hectare. Ze kunnen met maximaal 30 hectare meedoen. De duizend euro is niet uit de lucht gegrepen, legt Van Ormondt uit. ‘Een boer verdiende de afgelopen vijftien jaar gemiddeld zo’n € 1.000 per hectare. Als wij dat bieden als basis voor een goed landschapsbeheer en daarbovenop komt de opbrengst van het land en het vee, dan biedt dat een boer ruimte voor omschakeling.’

‘We gaan leren of € 1.000 per hectare voldoende is’

Het bedrag is niet in stenen gegrift. ‘We willen kijken of € 1.000 voldoende is. Dat gaan we leren.’ Voor de twintig deelnemers staat het bedrag van € 1000 wel vast.
Urgenda heeft ook voor een intensief bedrijf laten doorrekenen wat het effect zou zijn als dat aan de 7 vinkjes voldoet. Daaruit bleek dat onderaan de streep dat bedrijf op hetzelfde resultaat uitkomt, omdat de kosten lager zijn. ‘De omschakeling is echter moeilijk’, stelt Van Ormondt. ‘Dat is een hobbel waar veel boeren tegen opzien.’
De deelnemers aan het 7 vinkjes-project zijn al wel in meer of mindere mate bezig om hun bedrijf meer natuurinclusief te maken. Van Ormondt vindt niet dat de duizend euro voor die boeren daarmee makkelijk verdiend is. ‘Nee, ze moeten allemaal nog grote stappen zetten’, benadrukt ze. ‘Ze moeten allemaal nog vinkjes zetten waarbij ze nog niet weten hoe het moet.’ 

Geen kunstmest hakt erin

Een van de deelnemers is Bart Berga uit Terwispel. Hij investeerde dit jaar in een nieuwe melkrobot voor zijn zestig melkkoeien. Eerst molk hij er tachtig, maar hij wilde niet uitbreiden om een tweede melkrobot rendabel te kunnen maken. Een deel van de melk verwerkt hij samen met zijn vrouw Geertje tot zuivel die ze onder andere verkopen in een eigen boerderijwinkel. ‘Het project van de 7 vinkjes past goed bij mijzelf en bij mijn bedrijf’, zegt hij . ‘Ik wil zelf ook die richting op.’

Bart Berga: ‘Vooral het stoppen met kunstmest hakt erin.’
Tijmen Nagel: ‘Het Urgenda-geld maakt experimenteren makkelijker.’

De veehouder heeft ook al stappen gezet in die richting. Dat was onder andere nodig omdat zijn wijze van produceren moet voldoen aan de voorwaarden die Albert Heijn stelt voor de duurzame melk die daar in de schappen ligt. Hij ziet de € 1.000 per hectare als een ‘steuntje in de rug’ om verdere stappen te zetten. Dat is nodig, want de kosten daarvan zijn hoog, stelt hij. Vooral het stoppen met kunstmest hakt erin. Berga: ‘De eerste jaren zonder kunstmest daalt de grasopbrengst best fors. Het duurt wel even voordat de bodem het overneemt. Dan is het echt wel een kwestie van doorzetten.’
Na verloop van tijd ontwikkelt er een meer diverse samenstelling van de grasmat, onder andere met weegbree, klaver en andere kruiden. ‘Dat stimuleert het bodemleven’, legt de veehouder uit. ‘Daardoor stijgt de opbrengst weer langzaam. De stukken die veel geweid worden pakken het beter op dan de stukken op afstand die meer gemaaid worden’, is zijn ervaring.
Er zijn nog wel uitdagingen. Een daarvan is het onkruid. Vooral ridderzuring en pitrus zijn lastposten. Het lukt hem nog niet goed om die onder de knie te krijgen. Voor hem is bijvoorbeeld de spotsprayer geen optie. ‘Ik probeer het zonder.’

Met Urgendageld experimenteren 

Melkveehouder Tijmen Nagel uit Beilen start volgend jaar met de zeven vinkjes. ‘Urgenda maakt gelukkig voor die tijd het geld over, zodat we aan de slag kunnen gaan.’ Hij houdt samen met zijn vrouw Ingrid en zijn kinderen Stella en Rens bijna 200 koeien en 80 stuks jongvee op 130 hectare.
Dit jaar heeft hij een plan geschreven waarin staat hoe hij het bedrijf gaat aanpassen. ‘Het past wel bij onze bedrijfsvoering’, zegt hij. ‘We zijn al aan het extensiveren, maar we moeten nog wel wat doen. Het is nog wel een uitdaging voor ons.’

‘Hopelijk nemen overheden dit over’

Ook hij gaat volgend jaar melk leveren voor het duurzame segment van Albert Heijn en aan de voorwaarden daarvoor. Hij doet ook mee aan Duurzaam Boeren Drenthe. Als hij op dertien milieudoelen (kpi’s) voldoende scoort, ontvangt hij subsidie vanuit dat project.
De veehouder heeft nog wel vragen over de 7 vinkjes. Bijvoorbeeld over het stoppen met kunstmest strooien. ‘Moeten we dan voer aankopen? We gaan kijken wat ons past.’ Hij wil onder andere compost gaan gebruiken om de bodem te voeden. Hij heeft zich al aangemeld bij de Drentse compostcoöperatie.
Nagel leert al praktische dingen van collega-deelnemers. Bijvoorbeeld om een druppelslang te leggen bij een voederhaag. Dit droge jaar was een moeizaam jaar voor aangeplante voederhagen. ‘We willen ieder jaar een stuk voederhaag planten’, vertelt hij. ‘Koeien vinden niet alles in zo’n haag lekker. De soorten die ze laten staan, planten we niet in de volgende haag.’
Met kruidenrijk grasland heeft hij al ervaring, maar hij constateert al wel dat dit op veengrond niet lukt.  Nu wil hij in 6 hectare bestaand grasland stroken frezen van 10 centimeter breed en daarin kruiden zaaien.Hij noemt daarom het geld van Urgenda ook ‘een steuntje in de rug’. ‘Met het Urgendageld kun je met zulke dingen oefenen’, zegt hij. ‘Het verkleint het risico.’
Nagel wil zich met de ingeslagen weg voorbereiden op de toekomst. Zijn beide kinderen willen het bedrijf overnemen. ‘Ik melk ook het liefst zonder dat iedereen zich ermee bemoeit, maar in de samenleving van nu kan dat niet meer.’

Boodschap aan de overheid

Het 7 vinkjesproject beperkt zich voorlopig tot de twintig bedrijven. Urgenda betaalt de vergoeding voor deze bedrijven uit giften en inkomsten van donateurs. Van Ormondt: ‘We hopen dat dit een proces op gang brengt dat ook andere boeren dit gaan doen. We hopen dat de overheden dit overnemen, net zoals bij ‘1001 kruidenrijk grasland’ gebeurde.’
Ze ziet het project ook als een boodschap naar de overheid. ‘De € 1.000 per hectare is een investering in de samenleving die je terugverdient. Met 7 vinkjes alleen los je niet alles op, maar we komen een eind met stikstofreductie, schoner water en natuurherstel. Zelfs als álle boeren in Nederland mee zouden doen, zou het maar € 1,8 miljard per jaar kosten, terwijl het vele miljarden kan schelen in bespaarde milieu- en gezondheidskosten. Nu flink investeren in behoud van boeren en herstel van biodiversiteit is een slimme investering die op termijn leidt tot minder kosten voor de belastingbetaler en tot meer welvaart.’

Dit artikel verscheen ook in magazine Agrarische Schouw dat vanaf 16-9-25 in een printeditie in Noord-Nederland onder melkveehouders is verspreid.

Vorig artikel‘Nog even en de melkauto’s komen onder politiebegeleiding het erf op’
Volgend artikelDit kaartje gaat weer rol spelen in plan Holman