Eke Folkerts groeide uit tot het boegbeeld van de Agrarische Jongeren Friesland (AJF). Nu vertegenwoordigt ze de jonge boeren landelijk met de portefeuille bedrijfsovername. ‘Iedereen die boer wil worden in Nederland moet de kans krijgen. Dat is mijn missie. Tot op het bot ben ik daartoe gemotiveerd.’

Met een mengeling van trots en gêne toont Eke Folkerts een kast met daarin zeker vijftig paar hoge hakken. Het is haar handelsmerk. Als goed geklede dame, praat ze de taal van de jonge boeren en durft ze te zeggen waar ze voor staat. En dat is nodig ook, want overname van agrarische bedrijven staat onverminderd onder druk. Sterker nog, de huidige druk vanuit de maatschappij en politiek lijkt steeds vaker de motivatie bij jongeren
te breken. ‘Daar kan ik woest van worden. Meerdere jonge boeren haken af omdat de onzekerheid hen te machtig wordt.’

Het is toch een utopie dat iedereen in Nederland boer kan worden en blijven?

‘Klopt. En ook niet iedereen hoeft boer te worden of te blijven. Maar iedereen die het wil, moet de kans wel krijgen. Elke keer dat dat niet lukt, betekent een gemiste kans voor de sector. Het is mijn persoonlijke missie, tot op het bot, om hiervoor te strijden.’

Is dat ook de reden om in het NAJK-bestuur te stappen?

‘Ledenbinding is heel erg mijn ding. Toen ik binnen de AJF bestuurlijk actief was, zag ik dat het NAJK voor veel leden ver van hen af staat. Ik vind dat zonde en hoop een steentje bij te dragen aan een sterkere binding tussen de leden en de landelijke organisatie. Andere belangrijke drijfveren voor mij zijn dat ik buiten-familiare overname graag meer kansen zie krijgen én wil helpen aan het vaker laten slagen van familiare overnames. Nog te vaak loopt het vast op persoonlijke relaties; juist in de familiesfeer. Er kunnen veel redenen zijn waarom de overname van een agrarisch bedrijf moeizaam verloopt of zelfs niet slaagt, maar zeer waarschijnlijk vormen problemen rond persoonlijke verhoudingen de belangrijkste reden.’

Wat kan het NAJK daar aan doen?

‘Wij maken ons in Den Haag hard voor het voortbestaan van de BOR (Bedrijfsopvolgingsregeling). Dat lijkt vooreerst wel weer te lukken, maar als NAJK moeten we daar elke keer bij een kabinetsformatie enorm voor knokken. Dat gaat niet vanzelf, terwijl afschaffing een ramp zou zijn voor de agrarische sector. Dan praat ik over de fiscale kant. Voor de ‘zachte kant’ zijn we bezig de toegezegde € 75 miljoen te benutten vanuit het
bedrijfsovernamefonds. Het overgrote deel daarvan gaat in vermogenversterkend krediet, maar € 11 miljoen is beschikbaar om overnameprocessen te begeleiden. Daarvan is € 4 miljoen toegezegd aan Hogescholen en die benutten het ook vooral voor programma’s gerelateerd aan de relationele kant van de bedrijfsovername. Met de overige miljoenen zijn wij heel hard bezig een soort ‘kenniscentrum bedrijfsovername’ op te zetten. Hier moet iedereen terecht kunnen met specifieke vragen over bedrijfsovername en voor het krijgen van begeleiding. Zo’n kenniscentrum moet er echt komen. Keer op keer merken wij dat mensen, zowel jongeren die willen overnemen als ouderen die willen overdragen, met veel vragen rondlopen waar ze geen goede begeleiding voor vinden. Veelal ook op het vlak van persoonlijke omgang en samenwerken.’

Hoe moet dit ‘kenniscentrum bedrijfsovername’ gaan werken?

‘Iedereen met een vraag gerelateerd aan bedrijfsovername kan er terecht. Ongeacht of je NAJK-lid bent of niet. Vanuit het kenniscentrum kan het proces van overname volledig worden begeleid. Bijvoorbeeld door te ondersteunen bij de eerste stappen in het gesprek aangaan met de familie over overnameplannen. En ook het koppelen aan passende onafhankelijke coaches of begeleiders. Daarna, en dat is ook een hele belangrijke, monitort
het kenniscentrum hoe het proces loopt en helpt de aanvragers steeds bij de volgende fase.’

Hoe moet het gefinancierd worden als de startsubsidie op is?

‘Die vraag stelt LNV ook en dat is logisch. Maar veel partners, zoals Rabobank, LTO en de groene opleidingscentra, staan er achter. Zij onderschrijven het belang en zien kansen om ook langdurig dit kenniscentrum te helpen voortbestaan.’

Je maakt je ook hard voor het project Boer-zoekt-Boer. Om jongeren met een wens boer te worden, te koppelen aan een boer zonder opvolger. Hoe loopt dat?

‘We hebben honderden aanmeldingen. Van zowel jongeren die geen familiebedrijf hebben en boer willen worden als van potentiële overdragers. Al is die laatste categorie duidelijk kleiner. Er is dus volop animo, maar ook hier missen we een tussenpersoon die het
proces begeleidt. Daarom is het doel om ook dit project onder te brengen bij het nieuw te vormen kenniscentrum bedrijfsovername.
Aan het succes van dit project kleeft nog een ander nadeel. Dat is dat het enorm veel media-aandacht krijgt, waarmee het beeld kan ontstaan dat het overnameprobleem wel getackeld kan worden met een initiatief als dit. Maar dat is natuurlijk onzin. Het kan hooguit een positieve bijdrage leveren voor een kleine groep. Ik wil ervoor waken dat bijvoorbeeld de overheid dit project gaat aanduiden als het ei van Columbus.’

Iets anders. In het veld wordt de NAJK wel eens het kleine broertje van LTO genoemd. Stoort jou dat?

‘Ja. Dat stoort mij wel. Omdat we dat niet zijn. We werken veel samen omdat LTO een constructieve partij is en beschikt over geld en mankracht. Als andere belangenbehartigers eerlijk zijn dan geven ze toe bij grote dossiers ook veel op LTO te leunen. Wij werken met verschillende partijen samen en stellen ons altijd de vraag: wat willen we bereiken en welke partijen passen daarbij? Of kunnen we het beter alleen doen? Voor die zuiverheid waken we echt en dat moet ook. Ik hecht er belang aan dat onze leden dat
goed beseffen.’

Er zijn ook tijden geweest dat de NAJK zich iets meer een recalcitrante club toonde. Missen jullie die houding soms niet een beetje?

‘Binnen ons bestuur discussiëren we meer dan eens over hoe we ons profileren en welke actie daarbij hoort. Dat kan iets ludieks zijn zoals de aanpassing van de schijf van 5, het mee-organiseren van protesten in de provincies of een stevige lobby op Kamerleden.
Persoonlijk vind ik dat het soms nog wel wat steviger kan. Iets vaker de hakken in het zand zetten en houden. Dat betekent niet dat ik de FDF-kant op wil ofzo. Daar gaat het ook helemaal niet om. We doen echter ontzettend veel en hebben onze eigen standpunten, maar dat is voor de leden en het grote publiek niet altijd even goed zichtbaar.’

Wanneer is 2022 voor jou als NAJK-bestuurder geslaagd?

‘Als het kenniscentrum bedrijfsovername echt van start is gegaan. En als het stikstofdossier eindelijk ten einde komt. Ik zou bijna zeggen: wat dat ‘einde’ dan ook is. Als er maar weer duidelijkheid komt en perspectief blijft voor jonge boeren.’

Eke Folkerts: ‘Het stoort mij als het NAJK het kleine broertje van LTO wordt genoemd.’ Foto: Hoge Noorden/Jacob van Essen.

Dit artikel verscheen eind december 2021 in Agrarische Magazine 2022 dat onder noordelijke akkerbouwers en melkveehouders is verspreid.

Vorig artikelBoeren volop aan de slag met waterstof
Volgend artikel‘Wij spelen kort op de bal’