Binnen nu en een paar maanden gaat er zo’n 10 cent van de melkprijs. Een niveau van 45 cent is realistisch in januari en februari. Dat voorspelt Richard Scheper, handels- en risicomanager bij Farmel.
Scheper zei dit gisteren tijdens de openingsavond van de Agrarische Schouw in Joure. ‘Leidt de strijd om melk ons naar een euro per liter’, is dit jaar het thema van de unieke openlucht vakbeurs voor de agrarische sector in Noord-Nederland die vandaag plaatsvindt. De Farmel-man was helder in zijn antwoord. ’45 cent per liter melk is voor de korte termijn realistischer dan een euro.’ De reden: lage voerkosten en een hoge melkprijs zorgen voor volop melk in Europa, Amerika en Nieuw-Zeeland. Kelderende noteringen zijn het gevolg. ‘Die zullen zich binnen nu en een paar maanden vertalen in een melkprijs die al gauw 20% lager ligt dan de basisprijs van 55 cent van dit moment’, verwacht hij.
10 miljard kilo minder in Europa
Voor wat betreft de wat langere termijn: de verwachting dat een stijgende vraag naar zuivel wereldwijd, in combinatie met steeds minder boeren, welhaast moet leiden tot een melkprijs die wel degelijk richting een euro gaat in Noordwest-Europa, deelt Scheper niet. ‘De vraag naar zuivel stijgt wereldwijd weliswaar 1,5 tot 2% per jaar, maar zowel de stijgende vraag als extra melkproductie zullen vooral plaatsvinden in India en Pakistan’, voorspelt hij. In Europa komt er minder vraag naar vloeibare zuivel, maar meer vraag naar kaas en zuivel als ingrediënt. ‘Per saldo blijft de vraag naar zuivel hier min of meer gelijk. De productie zal onder invloed van klimaat-, milieu- en dierwelzijnsregel en beschikbaarheid van arbeid echter dalen.’ Hij acht een productiedaling van 10 miljard kilo melk in Noordwest-Europa de komende tien jaar realistisch. Dat gat wordt opgevuld door import vanuit andere werelddelen. ‘Nu zetten we nog 15% van onze zuivel af buiten Europa, dat wordt 10% of nog minder.’
Meer prijsvolatiliteit
Scheper is niet pessimistisch over de melkprijsontwikkeling, maar verwacht op de meer intern gerichte Europese markt wel meer prijsvolatiliteit. ‘Politieke instabiliteit, onverwachte gebeurtenissen en inflatie zullen zorgen voor meer schommelingen.’ Hij benadrukte meermaals dat het niet gaat om het niveau van de melkprijs, maar dat alles uiteindelijk draait om de marge die de melkveehouder maakt. ‘Focus daarop, in plaats van een melkprijs van een euro.’
20% minder koeien, 10% minder melk
Daarna was het de beurt aan voorzitter Arjan Schimmel van ZuivelNL. Hij liet met cijfers zien hoe snel ontwikkelingen gaan. ‘Vijf jaar geleden geloofde niemand in een melkprijs van 55 cent, nu is het gewoon.’ Met het aantal stoppers gaat het wel steeds sneller: sinds 2015 elk jaar 3 à 4%. En de komende drie jaar verwacht hij, met steun van regelingen voor opkoop of vrijwillige dan wel gedwongen krimp, een versnelling naar 400 tot 500 bedrijven per jaar. ‘Dat gaat echt wel hard.’ Hij benadrukte dat deze ontwikkeling niet alleen in Nederland, maar Europees-breed aan de gang is. ‘Waarbij elk land, elke regio, hiervoor zo z’n eigen items en redenen heeft.’ Ruwweg kun je volgens Schimmel de komende tien jaar uitgaan van 30% minder boeren, 20% minder koeien en 10% minder melk.
Melkprijs 1 euro, hoezo niet?
Dat de melkprijs in dat speelveld de komende jaren ooit eens de euro per kilo aantikt, sluit Schimmel niet uit. ‘Als je kijkt naar de jaarlijkse inflatie en er doen zich in een jaar onverwachte gebeurtenissen voor, zie ik niet waarom het niet een keer zou kunnen gebeuren. Die 55 cent hielden we nog niet zo lang geleden ook niet voor mogelijk.’
Generieke krimp dreun voor de sector
Dé grote wolk die boven de melkveesector hangt, is krimp van de veestapel. Om onder de keiharde Europese stikstof- en fosfaatplafonds zal er het komende jaar iets moeten gebeuren. ‘Als we aansturen op een snelle generieke krimp van 8 tot 10% van de sector, gaan er zowel op gezonde melkveebedrijven als bij de zuivelverwerkers harde klappen vallen’, waarschuwt Schimmel. Hij hield dan ook een warm pleidooi voor het tijdelijke, vrijwillige krimpplan van 10 tot 20% van de veestapel van minister Wiersma. ‘Dat zou boeren in heel verschillende categorieën best wel eens beter kunnen passen dan ze nu denken.’































