Royal FrieslandCampina (RFC) sleutelt aan de garantieprijs. De prijs wordt vanaf 2020 gebaseerd op hogere gehalten, wat op papier een stijging geeft. Daartegenover staat een daling door het eruit halen van toeslagen.

Ledenmelkveehouders vrezen een daling van de garantieprijs van minstens een cent in 2020. Of die vrees gerechtvaardigd is, kan de zuivelonderneming niet bevestigen. ‘We hebben op de ledenvergadering uitgelegd dat de garantieprijs door het meerekenen van allerlei toeslagen geen zuivere weergave van de markt meer oplevert en dat we daaraan iets willen doen’, zegt woordvoerder Jan Willem ter Avest. 

0,6 cent hoger

Hij stelt dat het nog te vroeg is voor een diepere inhoudelijke toelichting. ‘We hebben naar de leden toe een denkrichting geschetst. Die wordt nu in de ledenraden verder besproken. Eind dit jaar wordt een definitief voorstel in stemming gebracht.’

Een belronde langs ledenmelkveehouders van FrieslandCampina maakt al wat wijzer. Het plan is om de verhouding eiwit-vet-lactose op 10-5-1 te houden, maar het eiwit- en vetgehalte van het gemiddelde bedrijf wel te actualiseren, lees te verhogen. Dat zorgt voor een gepubliceerde garantieprijs die zo’n 0,6 cent hoger komt te liggen. Daarmee wordt een stevigere prijs in de markt gezet, wat een handje kan helpen in de prijsonderhandelingen met de retail en wellicht ook richting het presteren van andere zuivelverwerkers. Want hoe zeer FrieslandCampina het zelf ook ontkent, met haar systeem van de garantieprijs is de grote zuivelreus natuurlijk een prijszetter. De melkveehouder merkt de papieren verhoging niet in de beurs. Hij wordt, net als nu, gewoon betaald op basis van kilogrammen vet en eiwit. Maar de hoop is dat met een hogere prijszetting in de markt ook meer geld wordt verdiend voor de melkveehouders.

Toeslagen

Over de in de garantieprijs opgenomen toeslagen is op de ledenvergaderingen gezegd dat deze gaandeweg de jaren steeds luxer in de garantieprijs zijn meegenomen. In de laatste vijf jaar tijd steeg het absolute niveau van de meegewogen toeslagen van andere fabrieken van € 20 naar € 96 miljoen. Een dergelijk bedrag komt, omgeslagen over het totaal aantal liters geleverde melk, neer op zo’n 95 cent per kilo melk. Die hoogte is volgens FrieslandCampina niet conform hoe het werkelijk is, omdat lang niet alle melkveehouders van andere fabrieken deze toeslagen krijgen, terwijl ze wel worden meegewogen als zodanig.Daarom wil FrieslandCampina de toeslagen uit de garantieprijs. Of dat geheel of gedeeltelijk is, is niet duidelijk.

Vreugdenhil voor DOC

Nog een verandering is dat DOC Kaas uit het rijtje van de drie meegewogen Nederlandse zuivelondernemingen verdwijnt. Dit wordt gedaan omdat moederbedrijf DMK al meedoet. Vreugdenhil Dairy Foods komt voor DOC in de plaats. Verder verdwijnt de gelijke meeweging van elke 33,3 procent van de drie Nederlandse zuivelondernemingen Cono, Leerdammer en DOC. De fabriek met de meeste melk wordt voortaan het zwaarst meegewogen, dat is Vreugdenhil Dairy Foods. De melkprijs van CONO Kaasmakers, al jaren de hoogste van Nederland, gaat dus minder zwaar meewegen. Niet schokkend, dit scheelt ongeveer 0,05 cent in de garantieprijs. Opgeteld bij de 95 cent aan toeslagen die eraf gaat, kom je dan op een min van 1 cent, die van de garantieprijs afgaat. Als zodanig hebben sommige melkveehouders de berekening ook gemaakt. Of die ook daadwerkelijk uitkomt, blijft afwachten. De definitieve uitkomst wordt in december 2019 duidelijk.

Vorig artikel2018: minder liters, minder inkomen
Volgend artikelBank vaker buitenspel bij verwerven fosfaatrechten